 |
Naaistoringen
De machine slaat steken over
- De Naald is niet goed ingezet
- Er is een verkeerde naald ingezet
- De Naald is krom/bot
- De machine is niet goed ingeregen
- De naald is te dun voor het garen
De bovendraad stroopt
- Boven genoemde punten
- Te strakke draadspanning
- Slechte kwaliteit, oud of te droog bewaarde naaigaren
- Te dik naaigaren, dit is op te lossen door een naald met langer oog in te zetten
De naald breekt
- De naald is niet hoog genoeg ingezet
- De naald is krom
- De naald is te dun/dik
- Je trekt of duwt tijdens het naaien te veel aan de stof, hierdoor verbuigt de naald op de steekplaat. Laat de machine de stof transporteren, zelf alleen de stof begeleiden.
- De spoelhuis is niet goed ingezet, bij het inzetten, de spoelhuis op de as aandrukken tot hij vast klikt
De naad is niet regelmatig
- De Spanningen zijn veranderd, controleer zowel boven- als ondertransport.
- Te dik, onregelmatig of te hard garen
- De onderdraad is onregelmatig opgespoeld
Lussen
- Bij grote lussen onder- of boven de stof, de machine opnieuw inrijgen. Boven- en onderspanning controleren.
Het transport werkt onregelmatig
- Er zit teveel stof tussen de tanden van de transporteur geperst. Verwijder de steekplaat en verwijder het stof met een kwasje
- De Transporteur staat omlaag, deze mogelijkheid zit niet op alle naaimachines
De naaimachine loopt zwaar
- Draadresten in de grijperbaan, deze zijn te verwijderen door een druppel olie in de grijperarm te druppelen
- 1 Standaard-naaivoet
- 2 Blindsteek- en overlockvoet
- 3 Ritssluiting- en kantvoet
- 4 Knoopsgatenvoet
